Onderwijs in de Nederlandse taal is gericht op verschillende vaardigheden. Taal is het middel tot communicatie. We werken aan het ontwikkelen van luister- en spreekvaardigheid en aan de uitbreiding van de woordenschat. We willen leerlingen leren hun gedachten en gevoelens onder woorden te brengen, zowel mondeling als schriftelijk. Ook willen we leerlingen leren om gedachten en gevoelens van anderen te verstaan, zowel mondeling als schriftelijk.
Het taalonderwijs wordt steeds meer interactief: leerlingen leren de taalaspecten in een talige leeromgeving, waarbij interactie heel belangrijk is. Het taalonderwijs is zoveel mogelijk aangepast aan de leerlingen.
De methode waarmee gewerkt wordt is: ‘‘STaal’’. Er wordt gebruik gemaakt van bronnen uit de dagelijkse realiteit, dit maakt het taalonderwijs eigentijds en functioneel. Er is veel aandacht voor woordenschatonderwijs. De didactiek van Verhallen wordt ingezet om de woordenschat uit te breiden. Modeling is uitgangspunt in de methode. Er wordt thematisch gewerkt.
Specifieke onderdelen van het taalonderwijs zijn:
Aanvankelijk lezen
We leren leerlingen stap voor stap het Nederlandse schriftsysteem te doorzien: we leren hen letters en woorden lezen (en later ook spellen). We gebruiken hiervoor als basis de methode ‘De Leesweg’ (Leeslijn). De uitgangspunten van het LISBO (Lees Impuls Speciaal Basisonderwijs) project waar we aan hebben deelgenomen, blijven we toepassen in ons leesonderwijs. Dit betekent dat we voldoende leestijd inroosteren en de leestechnieken als RALFI indien nodig inzetten.
Tevens maken we gebruik van de methodiek van José Schraven ‘Zo leren kinderen lezen en spellen’. Daarnaast worden veel extra auditieve oefeningen gedaan. Naast ‘De Leesweg’ gebruiken we diverse andere materialen. Veel van onze leerlingen hebben extra oefening en herhaling nodig om goed te leren lezen.
Voortgezet technisch lezen
Wanneer de leerlingen het begin van technisch lezen onder de knie hebben gaan zij verder oefenen. Dit gebeurt groepsdoorbroken en op eigen niveau. Vanuit de methode ‘De Leesweg’ wordt instructie gegeven om bijvoorbeeld moeilijke woordsoorten en steeds moeilijker teksten te kunnen lezen. Door middel van het leesaanpak ‘Vlot’ werken leerlingen op De Klimop vier keer per week intensief aan hun leesvaardigheid. Leerlingen met ernstige leesproblemen bieden we tijdens die leestijd met de Ralfi-methode extra leesonderwijs.
Leesplezier is ook belangrijk: gewoon lekker lezen, want lezen is leuk!
De leerlingen worden twee keer per jaar getoetst door middel van een woorden leestoets (DMT) en een tekst leestoets (AVI) om hun leesontwikkeling te volgen, het niveau vast te stellen en om te kunnen bepalen waaraan gewerkt moet worden.
Een deel van de leerlingen heeft ernstige problemen op het gebied van lezen (en spellen) of er is sprake van dyslexie. Daarom staat in de meeste groepen het onderwijsaanbod in het teken van leren lezen en leesmotivatie. Diverse methoden en materialen worden ingezet om de leerlingen te helpen hun leesprobleem aan te pakken.
Begrijpend luisteren en begrijpend lezen
Begrijpend luisteren en begrijpend lezen zijn belangrijke vaardigheden om je maximaal te kunnen ontwikkelen. Bij begrijpend luisteren en begrijpend lezen staat een aantal strategieën centraal waarmee de leerlingen leren om een tekst te gaan begrijpen. De strategieën die de leerlingen leren zijn: vragen stellen, voorspellen (van de inhoud), verbinden (o.a. met bekende informatie), samenvatten, afleiden (waar heeft het mee te maken?) en visualiseren. Voor het begrijpend luisteren en begrijpend lezen is een brede kennis van de wereld nodig. Ook hier wordt intensief aandacht aan besteed in verschillende lessen.
In de jongste groepen staat het begrijpend luisteren centraal, wanneer het niveau van technisch lezen voldoende gevorderd is komt begrijpend lezen aan de orde. We gebruiken materiaal uit ‘Nieuwsbegrip’ en een variatie aan andere tekstsoorten. Tijdens de lessen is modeling (hardop denkend voordoen door de leerkracht) van groot belang.
Twee keer per jaar krijgen de leerlingen een CITO-toets Begrijpend Lezen.
Spelling
Een specifiek onderdeel van het schriftelijke taalonderwijs is spelling: leren de woorden op de juiste manier te schrijven.
We werken bij spelling groepsdoorbroken met de methode ‘STaal’. De methodiek van José Schraven is geïntegreerd in deze spellingmethode. Dit is een preventieve spellingaanpak, waarbij modeling en herhaling centraal staan. De methode ‘STaal’ is interactief en werkt met instructiefilmpjes om de categorieën te verhelderen.
Spelling wordt tweemaal per jaar getoetst met behulp van CITO-toetsen Spelling.